12
MAGAZINE VOOR BEZIELING EN LEVENSORIËNTATIE
Stukjes hemel
op aarde
Wanneer u ooit in een gotische kerk geweest bent, hebt u vast het lichte, het transpa-
rante ervaren van de architectuur: de omhoog rijzende zuilen, de spitsbogen, de (glas-in-
lood)-ramen, het hoge gewelf met zijn kruisribben. Alles wijst omhoog en nog hoger. De
gedachte daarachter is, dat alles op aarde alleen dan van waarde is als het iets onthult
van de eeuwigheid en van God. En zo werden de kerken steeds groter en hoger, de zui-
len slanker, de bogen spitser; alles werd ijler en transparanter: goddelijk, hemels. Aardse
zorgen waren voor even ver weg.
In de Oude Kerk in Amsterdam lag enkele maanden haast letterlijk een stukje hemel op aarde. Vijf in duizenden
stukken versplinterde spiegels lagen op de stenen vloer van de gotische kerk uit de 16e eeuw. En die stukken
‘hemel’ namen als het ware brokstukken van het beschilderde hoge houten gewelf mee in hun val, de diepte
in. Want in die glasscherven waren delen van het gewelf te zien. Ze namen je weliswaar mee de diepte in, maar
tegelijkertijd, en dat was het verassende én verwarrende, ook weer de hoogte in. Al naar gelang het licht op de
‘meteorieten’ scheen, veranderde wat je zag. Soms schitterden er allerlei kleuren in de stukjes glas die dan weer
reflecteerden op de gedeelten van het gewelf
die te zien waren onder dat glas. Je zou willen dat die stukjes
hemel daar bleven liggen, zodat je steeds terug kon komen om even te kijken en weg te dromen.
Maar dat is niet wat Marinus Boezem (geboren 1934) voor ogen heeft. Hij is wat we noemen een ‘conceptuele
kunstenaar’. Dat wil zeggen dat zijn ideeën vaak ter plekke vorm krijgen in zichtbare werken. Dat betekent ook
dat niet van te voren exact vaststaat hoe dat werk er uit gaat zien. Er kunnen onverwachte dingen gebeuren
tijdens de uitvoering of gedurende de tijd dat het werk te zien is. Bovendien is ook niet de bedoeling dat zo’n
kunstwerk voor de eeuwigheid behouden blijft. De meteorieten zijn er dan ook niet meer.
Het werk (een detail) is nu vastgelegd in een foto die toch wel iets overbrengt van het idee om je te verliezen
in de diepte of de hoogte, om even los te komen van het aardse, om even de zwaartekracht te vergeten. Een
belangrijk concept van Boezem is trouwens dat hij de gotiek, met de kathedraal als hoogtepunt, ziet als een
metafoor voor het menselijk verlangen tot vergeestelijking. Het verlangen om op te stijgen naar het goddelijke.
De mens wil kennelijk een god zijn in het diepst van zijn gedachten.
Marije Bijleveld