Gerardus Magazine 2020-1

2020-1

Kunstrubriek

Kijk je in een spiegel?

Paloma Varga Weisz, Father, old, 2011 - keramiek, glazuur

In het Bonnefantenmuseum te Maastricht is nog tot 2 februari 2020 een bijzondere tentoonstelling te zien van werken van Paloma Varga Weisz (1966). Ik had nog nooit van haar gehoord. In een begeleidend schrijven van het museum staat: ‘Haar figuratieve werk is in Nederland grotendeels onbekend, maar internationaal timmert deze kunstenaar, die woont en werkt in Düsseldorf, gestaag aan de weg’.

 

Dat werk is van een betoverende schoonheid door het ‘oogstrelende houtsnijwerk’ en ‘verontrustend persoonlijk en intiem’, aldus het schrijven. Daar is geen woord van gelogen, en als je het van dichtbij bekijkt, zie je hoe ongelooflijk knap ze textuur kan verbeelden. 

 

Toch werkt ze niet alleen met hout, ook met andere materialen, zoals te zien is bij het hoofd dat hierboven afgebeeld is. Hier komt het persoonlijke en intieme naar voren. Het verontrustende vinden we niet zozeer in dit hoofd, als wel in andere werken.

 

Ik heb er lang naar staan kijken en ik moest me inhouden om niet met mijn vingers over het verweerde gezicht te strijken, om de plooien, de groeven, de rimpels te voelen, zo realistisch zijn ze. Tegelijk werd ik er van weerhouden, juist omdat het daardoor en door de karakteristieke trekken zó’n intiem portret is, dat het niet door een vreemde aangeraakt mag worden. 

 

Daar komt nog bij dat de gesloten ogen aan een dodenmasker doen denken en daardoor voel je je bijna een voyeur. Je tast met je ogen het gezicht van een (dierbare) overledene af die niet tot jouw intimiteit behoort, maar tot die van Paloma Varga Weisz. 

 

Het blijkt namelijk een natuurgetrouw portret te zijn van haar vader. Inderdaad in de vorm van een sterk uitvergroot dodenmasker. Haar vader overleed trouwens in 1989 en moet volgens een recensie in het Museumtijdschrift een dominante, gefrustreerde en waarschijnlijk getraumatiseerde kunstenaar zijn geweest, die verschillende keren heeft moeten vluchten voor zijn leven. 

 

Dit is niet terug te zien in het portret. Ik voor mij zie hier berusting en overgave liefdevol weergegeven. Weliswaar getekend door het leven, maar toch krachtig en tijdloos als een dodenmasker.

 

Dodenmaskers zijn van oudsher bedoeld om de identiteit, maar ook de intimiteit en de nabijheid van een overleden persoon te behouden. Nu wordt dat allemaal aan de openbaarheid prijs gegeven. Om onze eigen kwetsbaarheid en eindigheid in het gezicht te zien?

 

Marije Bijleveld