Gerardus Magazine 2021-2

2021-2

Je komt als geroepen

Tot het laatste afgodsbeeldje

Het graf van Abraham in Hebron is een heilige plaats voor zowel joden, christenen als moslims, én  vaak toneel van religieuze conflicten tussen de drie erfgenamen. Wat maakt dat deze oude aartsvader en legendarische bijbel- en koranheld de gelovigen naar zijn rustplaats roept? 
Het leven van Abraham is beschreven in het bijbelboek Genesis in de hoofdstukken 12 tot en met 24. Het is een verhaal waarin openbaringen en beproe­vingen elkaar afwisselen. Zo zijn we getuige van roeping, overgave en twijfel. Bovenal is het een verhaal van trouw, van een mens die blijft. Het verhaal staat met andere accenten ook in de Koran.


Abram wordt geroepen
Het verhaal begint als Abram geroepen wordt: Trek weg uit je land, verlaat je familie, ook je verwanten en ga naar het land dat ik je wijzen zal. Ik zal je tot een groot volk maken, je zegenen en aanzien geven, een bron van zegen zal je zijn. (Genesis 12,1-2)

De Grot van de Patriarchen, het Heiligdom van Abraham, is een groep grotten in het midden van het oude centrum van Hebron. Boven de grotten staat een rechthoekig gebouw uit de periode van Herodes de Grote.

In een vroegrabbijnse uitleg wordt verteld hoe Abram alle afgodsbeeldjes van zijn vader Terach aan stukken slaat. De kinderbijbel van Karel Eykman ‘Woord voor Woord’ begint ermee. Abram moet op de winkel passen van zijn vader die afgodsbeeldjes verkoopt, maar hij gelooft er niet in dat die beelden iets kunnen. Zoals in psalm 115 staat: ‘Ze hebben oren, maar horen niet, ogen maar zien niet’. Abram heeft er genoeg van en gooit al die beelden kapot en zegt dan tegen zijn vrouw: “Kom mee, we gaan hier weg”. 
Zo verteld, krijgt de roeping van Abram een diep symbolische betekenis. ‘Geroepen zijn’ kan jouw gevoel van bijzonderheid versterken, je groots of verheven doen voelen. Maar zulke gevoelens verblinden de kern van een roeping. Er zijn veel afgoden die je eerst stuk moet slaan om een roeping uit te zuiveren.   
Abram vertrekt met zijn vrouw Saraï en gevolg. De Ene heeft hen land beloofd, Kanaän. Het is een geloofsverhaal, dat leest als een allegorie voor het zoeken van Gods weg door het joodse volk. Het leest ook als een verhaal over elke mens die zich geroepen voelt om weg te trekken. Uit situaties waarin mensen afhankelijk zijn van afgoden die verhinderen om een mens te worden zoals God het heeft bedoeld. 

 

Een lange weg
Snel krijgt hij het nieuwe land te zien. Is dit nu het beloofde Kanaän? Hongersnood drijft hen naar Egypte. Hij die alles heeft opgegeven om de Stem van zijn hart te volgen, moet nu als vreemdeling in Egypte verblijven. Roeping wordt beproeving. Gelukkig gaat de hongersnood ook weer voorbij en keert Abram met zijn vrouw en gevolg terug naar Kanaän. Is nu zijn roeping vervuld? Nee, Abram zal zich een plaats moeten verwerven tussen de koningen en bewoners die er al zijn. Ook zijn neef Lot die met zijn familie is meegereisd, heeft ruimte nodig. Ze verdelen vreedzaam hun land en kudde. 

 

Hoe verder?
Abram en Saraï hebben hun plek in Kanaän inmiddels gevonden, maar is er toekomst als het beloofde nageslacht uitblijft? Op een nacht laat God zich in een visioen zien. Abram spreekt zijn zorg uit om hun kinderloosheid. Onder een overweldigende sterrenhemel verzekert God dat zijn nageslacht talrijk zal zijn als deze sterren, maar ook beproeving zal kennen. Na een diepe slaap komt Abram met nieuw vertrouwen uit deze nacht. 
Intussen had Saraï geprobeerd de situatie te redden door Abram bij haar slavin Hagar een kind te laten verwekken. Haar zoon zal Ismaël (‘God hoort’) genoemd worden. 

 

Onverwachte wendingen
Op een dag ontvangt Abram gastvrij bezoek van drie voorbijgangers. Ze vragen naar Saraï, en vertellen haar dat ze een kind zal krijgen. Abram en Saraï krijgen nieuwe namen. Abram (‘vader van een volk’) wordt AbraHam (‘vader van de volkeren’) en Saraï (‘mijn Saartje’, wordt SaraH: ‘vorstin van de volken’). Sarah moest lachen… Dit kan niet waar zijn! 
Abraham doet zijn nieuwe naam eer aan als vader van de volken. In een kritisch gesprek met God over de verdorven stad Sodom die God wil vernietigen, zegt hij: “Laat U de rechtvaardigen met de onrechtvaardigen ondergaan, dat kunt U toch niet doen?” God zwicht en geeft gehoor aan dit pleidooi om menselijkheid. 
Groot is de vreugde als Isaäk (‘hij lacht’) wordt geboren. Maar ook groeit er rivaliteit tussen de twee halfbroers Ismaël en Isaäk. Abraham moet afstand doen van Ismaël en zijn moeder Hagar.  In de woestijn hoort God het smeken van Hagar. God is daar gevoelig voor. God belooft dat ook Ismaël een groot volk zal worden. Veel later zullen Isaäk en Ismaël hun vader samen begraven. 

 

Tegen beter weten in, of ultiem Gods­vertrouwen?
Abraham krijgt de opdracht Isaäk te offeren.  Uit: Karel Eykman, Woord voor Woord.  Tekening: Bert Bouman.Opnieuw krijgt Abraham de opdracht om op te trekken. Met dezelfde woorden als aan het begin wordt hij nu naar de berg Moria geroepen om daar Isaäk aan God te offeren. Dit is een onbegrijpelijk dramatisch dieptepunt. Wat blijft hier heel van een God op wie je vertrouwen kunt? En wat bezielt Abraham om te gehoorzamen? Isaäk vraagt onderweg “Vader, waar is het offerlam”? Abraham antwoordt: “God zal erin voorzien”. Is dit vertrouwen tegen beter weten in? 
Er is een enigszins aannemelijke verklaring die stelt dat dit verhaal juist afstand neemt van de kinderoffers die in de tijd van Abraham gewoon waren. Want op het laatste moment hoort Abraham een engel zeggen ‘Doe de jongen geen kwaad’. Een ram moet als offerdier de plaats van Isaäk innemen. 
Het getuigt van een onvoorwaardelijk vertrouwen als Abraham zegt: ‘God zal voorzien’. Maar de Engel weerhoudt hem ervan de jongen kwaad te doen. Als onvoorwaardelijk vertrouwen blinde gehoorzaamheid wordt, ontaardt het in kwaad. Ik geloof dat Abraham hier op de berg Moria zijn laatste afgodsbeeldje, dat van blinde gehoorzaamheid heeft moeten stuk slaan. 


Belofte
Het verhaal van Abraham is in het jodendom geen pure herinnering aan het verleden, maar houdt een belofte in. Het wijst vooruit naar wat gebeuren zal in de toekomst. Het is een verhaal van roeping in trouw, twijfel en volharding.
“Leid onze kinderen naar het einde der tijden, vul met meer vreugde dan tranen de herinnering aan Abraham”, bidt Celine Dion in een aangrijpend lied. Onze dochter en haar Franstalige vriend hebben het voor dit artikel vertaald. Graag wil ik daar deze beschouwing over de roeping van Abraham mee eindigen. Want het verhaal van Abraham is wereldliteratuur!

 

Celine Dion, La memoire d’Abraham

Nog één gebed voordat je gehoorzaamt
aan de volgorde van de dingen en onze vaders
voor vertrek

Nog een leven gered van de vergetelheid
veel beter gegraveerd dan met een mes
in de herinnering van Abraham

Lang wachten op het uur
zwaar in ons hart
Maar zo groot is onze liefde 
en ons geloof in jou...
En het is soms moeilijk om je te begrijpen

Wat zal ons lot morgen zijn?
Een beetje vrede, liefde en brood
In de palm van je handen

Lang wachten op het uur
zwaar in ons hart
Maar zo groot is onze liefde en ons geloof in jou...
En het is soms moeilijk om je te begrijpen  

Leid onze kinderen naar het einde der tijden.
Vul met meer vreugde dan tranen
de herinnering aan Abraham.

Jacqueline Huizinga