Gerardus Magazine 2021-2

2021-2

Pioniers met passie

Anarchist en vrome katholiek

Gerard MoormanIn het portiek van een flat aan de rand van de Amsterdamse Bijlmer staat voor de deur waar ik aanbel een doos vol huishoudelijke artikelen. “Mensen uit de buurt komen ons geregeld iets brengen: brood, etenswaar, van alles”, zegt de jongeman die opendoet en met mij ook die doos binnenhaalt. Hij is een van de bewoners van het Jeannette Noëlhuis, een gemeenschap die 32 jaar geleden is opgericht door Gerard Moorman. Ik ken Gerard nog van de KNR, de overkoepelende organisatie van religieuzen in Nederland waar ik vroeger veel contact mee had. Gerard is er nog altijd halftijds werkzaam ter ondersteuning van hun missionaire inzet. 


Vegetariërs en vleeseters
Ik was nieuwsgierig geworden door wat ik las in de halfjaarlijkse nieuwsbrief van deze gemêleerde leefgemeenschap in een multiculturele wijk van de hoofdstad. “Onze levensstijl is gebaseerd op eenvoud, gastvrijheid, gebed en directe actie voor een betere samenleving. (–) Christen-anarchisten en sociaal-democraten, vegetariërs en vleeseters, hardcore protestanten en Latijn prevelende katholieken werken en wonen samen onder één dak”. 
Die leefstijl zie ik meteen als ik de grote woonkeuken binnenloop: een paar lange banken aan twee tafels en affiches van vredesacties aan de muur; vanuit de keuken kijk ik een kamer in met knielbankjes, een paar iconen aan de wand en een stapeltje gebedsboeken: de kapel. Gerard is inmiddels binnengekomen. “Avondeten doen we samen en met de vaste bewoners houden we hiernaast onze gebedsmomenten. Onze islamitische huisgenoten gebruiken de kapel soms ook, vooral tijdens de ramadan. Naast de kerngroep van vier mensen wonen er ook anderen korter of langer; en we vangen vluchtelingen zonder verblijfspapieren op. Met zo’n 15 tot 20 mensen voelt het echt als één familie.” 
Terwijl we in de keuken thee drinken, schuift Susan een tijdje bij. Ze is al lang bij het huis betrokken, maar heeft er niet altijd gewoond. Ook Maria van een jaar of vijf komt binnenhuppelen. Ze komt uit Sierra Leone. 
“Morgen gaat ze weer weg; met haar moeder naar Ter Apel. Dat is gunstig, want ze beginnen weer een asielprocedure. Misschien hebben ze nu meer kans.”

De woongroep van het Jeannette Noëlhuis. Gerard Moorman 3e van links.


Een los-vaste gemeenschap
Susan laat me het huis zien. Naast het grote voor woongroepen ontworpen appartement zijn in de loop der jaren een paar wooneenheden bij gehuurd. “Er zijn er ook die met hun gezin in de buurt wonen, maar toch bij onze gemeenschap horen.” Binnen lopen we door een smalle gang langs de kamers; Susan heeft zelf een kleintje met een matras op de grond, verscholen achter een bank vol met spullen. Een poes ligt onder een deken te slapen. “Jawel, mijn kamer; meer heb ik niet nodig.” Verderop is de grote huiskamer: “Ons kantoor; hier gebeurt van alles; soms ook een lezing of een film.” 
Ik vraag me af hoe zo’n los-vaste gemeenschap georganiseerd wordt. Susan: “Een echt bestuur hebben we niet. Nou ja, we zijn een stichting, maar het bestuur is vooral ondersteunend. Besluiten nemen we zoveel mogelijk samen met ieder die in huis woont; elke maandagavond spreken we samen af wie er kookt, schoonmaakt, enz. We hebben geen statuten en je bindt je niet via geloften of zo. Dorothy Day was een anarchiste die daar niets van hebben moest.” 

 

De Catholic Worker beweging
Daarmee is de naam gevallen die nog vaak zal klinken als ik met Gerard verder praat over de stichteres van de ‘Catholic Worker’, de beweging waar het Jeannette Noëlhuis deel van uit maakt. Gerard heeft een eigen onderkomen vlak boven dat van de woongemeenschap. “Na vele turbulente jaren met en in de gemeenschap was ik toe aan wat meer rust en eigenheid (ik ben nu zestig). Toen dit appartementje vrij kwam, heb ik die meteen genomen. Ik eet ’s avonds mee, bid mee en draag bij voor zover ik kan.” 
Terwijl hij een salade klaarmaakt en brood tevoorschijn haalt voor een lunch, coronaproof met z’n tweetjes, vertelt hij: “Het begon dus met Dorothy Day. Heel toevallig pikte ik in december 1980 het Amerikaanse tijdschrift Time Magazine op. Daar stond een ‘In Memoriam’ in van haar. Ik werd meteen gefascineerd door haar levensverhaal en de Catholic Worker beweging. 
In mijn jeugd moest ik niks hebben van de kerk en zo, maar ik ben altijd wel een zoeker geweest. Franciscus van Assisi boeide mij en ook de Kleine Zusters en Broeders van Charles de Foucauld; ik heb wel eens gedacht me bij hen aan te sluiten. 
Dorothy Day was in de crisisjaren ’30 in Amerika journaliste en strijdbaar activistisch geworden vanuit een diepe afkeer van armoede, oorlog en onderdrukking. Tegelijk had ze ook een religieuze drang en zag ze de katholieke kerk als een plek voor de allerarmsten. Samen met Peter Maurin, een bondgenoot, gaf ze een krant uit, ‘The Catholic Worker’, om vanuit katholieke hoek de strijd voor rechtvaardigheid te steunen. Daaruit ontstond de beweging met uiteindelijk wereldwijd honderden ‘huizen van gastvrijheid’, waarin vrijwilligers de ‘werken van barmhartigheid’ in praktijk brengen en werk- en daklozen voorzien van eten, kleren en een slaapplaats.”

 

Met z’n drieën
Gerard keert terug naar zijn eigen verhaal. “Toen ik tijdens mijn studie theologie een tussenjaar kon nemen, heb ik in Brooklyn in het Jesuit Volunteer Corps meegewerkt in een gaarkeuken en legde ook  contact met de Catholic Worker beweging. Nadat mijn vrijwilligersjaar in Brooklyn afgelopen was, plakte ik er nog een half jaar bij de Catholic Worker aan vast. Na die periode kwam ik samen met twee vrienden van de Catholic Worker terug in Nederland. Met zijn drieën zijn we in de Amsterdamse Bijlmer begonnen met zo’n ‘huis van gastvrijheid’. We noemden ons huis naar Jeannette Noël, in New York een van de meest inspirerende vrouwen van de Catholic Worker; ze is in 2006 op hoge leeftijd overleden.”
In 2015 noemde paus Franciscus Dorothy Day een van de vier grote Amerikanen, naast Abraham Lincoln, Martin Luther King en Thomas Merton.Gerard komt in zijn verhaal steeds terug op het fascinerende leven van Dorothy Day (1897-1980). “Ze was pacifist en anarchist; ze werd zeven keer gearresteerd bij geweldloze acties! Tegelijk was zij een zeer vrome katholiek die elke dag naar de Mis ging en geen slecht woord over de Kerk duldde. In 2015 noemde paus Franciscus haar een van de vier grote Amerikanen, naast Abraham Lincoln, Martin Luther King en Thomas Merton.” Over de laatste schreef Jim Forest een biografie en onlangs ook over Dorothy Day, die hij persoonlijk kende door de Catholic Worker beweging.” Gerard heeft dat boek samen met zijn zus Anna vertaald. Een pionier met passie over een pionierster met passie. Van harte aanbevolen! (*)

 

(*) Jim Forest, ‘Alles is genade. Een biografie van Dorothy Day’ Uitg. DAMON 400 blz € 29,90. Verkrijgbaar in en via kloosterboek­winkel Wittem 

Henk Erinkveld CSsR