Gerardus Magazine 2022-2

2022-2

Water in het Woord

Dood en verderf

Op 15 en 16 juli van vorig jaar veranderden idyllische riviertjes als de Ahr in de Eifel, de Vesdre in de Ardennen en de Geul in Zuid-Limburg plotseling in kolkende stromen, die ver buiten de oevers traden en verwoestend wegvaagden alles wat ze onderweg tegenkwamen: bruggen, wegen, huizen, ja zelfs mensen… Nu, ruim een half jaar later, is de situatie in veel van de getroffen gebieden nog altijd troosteloos. 
Veel bewoners, ook van zorgcentra en klinieken, kunnen nog steeds niet terug naar hun huizen. Vloeren en muren zijn door schimmel aangetast of de stank van alles wat door hun huizen stroomde, is nog altijd ondraaglijk. Wij wisten het al van beelden uit Bangladesh en New Orleans, maar we weten het nu ook van de actualiteit dicht bij huis: water betekent niet alleen leven, frisheid en schoonheid in de natuur, maar ook dood en verderf; water is ook bedreigend en verwoestend.
In deze jaargang van Gerardus gaat het in het openingsartikel over water, een belangrijk en veelzijdig symbool in de bijbel. In het eerste artikel stond Myriam Steemers stil bij de schepping. Alles komt uit  water voort; zonder water geen leven.

 

 

Het verhaal van de zondvloed
Een paar hoofdstukken verder gaat het weer over water, heel veel water: het verhaal van de zondvloed. Het is vier hoofdstukken lang en lastig om te lezen, omdat er eigenlijk twee versies van het verhaal in elkaar geschoven zijn. Steeds gaan we een stukje terug in het verhaal en wordt weer met andere woorden ongeveer hetzelfde verteld. In grote lijnen kent u het mooie verhaal vast wel. Ik roep het even in herinnering.
God ziet dat mensen slecht leven. Daar is Hij verdrietig om en heeft spijt dat Hij de mens geschapen heeft. God wil ze van de aardboden wegvagen; ook de dieren. Maar Hij ziet dat er één mens rechtschapen is. God wil Noach en zijn vrouw en kinderen sparen. Hij laat hem een ark bouwen; zij, maar ook dieren moeten er mee in de ark: van alle dieren een paar. 
Veertig dagen lang regent het en water verslindt heel de aarde en al wat erop leeft. Het stijgt tot boven de toppen van de bergen. Na die veertig dagen begint het water te zakken en als Noach dan vanuit die ark een duif loslaat en die komt terug met een groene olijftak in zijn bek, dan weet Noach: er komt een einde aan de ellende. 
Het eerste wat hij doet als hij uit de ark stapt, is een dankoffer brengen. En God belooft: nooit meer zal ik de aarde vervloeken. Als teken van zijn verbond zet hij een boog in de wolken: “Als Ik op de aarde de wolken samenpak en de boog in de wolken zichtbaar wordt, dan zal ik denken aan het verbond tussen Mij en u en alle levende wezens.” (Gen. 9, 14-15)

 

Een happy end
Het verhaal van de schepping en dat van de zondvloed horen bij elkaar. ‘In den beginne’ schiep God uit het duistere water de aarde als een thuis voor de mens, en alles was ‘in beginsel’ goed, ja zelfs zeer goed. Maar hoe de mensen dan met elkaar en met de schepping omgaan, stemt God verdrietig. 
En Hij krijgt spijt dat Hij de aarde en de mens geschapen heeft en verwoestend water maakt aan alles een einde… 
Aan álles? Nee, toch niet; er is hoop. Slecht één rechtschapen mens, Noach, is voor God voldoende om uiteindelijk toch de schepping weer een kans te geven. En de regenboog is het teken dat God uiteindelijk de aarde en de mens trouw zal blijven. Een verhaal met een happy end. 
Sindsdien zie je overal tot op vandaag de duif met het olijftakje in de bek en de regenboog in de wolken als krachtige symbolen van milieu- en vredesbewegingen: symbolen van de hoop.
In een bijbelgroep kwam dit verhaal van Noach eens ter sprake. Een vrouw die in de groep vaker had verteld over problemen met een opgroeiende zoon, vertelde: ‘Vanavond wilde ik eigenlijk niet naar Wittem komen. Het was weer eens flink mis met hem en ik voelde me erg down. Toch ben ik gegaan. Onderweg hierheen reed ik zwarte regenwolken tegemoet; precies zoals ik me voelde. Maar de ondergaande zon achter mij toverde ineens vóór mij een prachtige regenboog tevoorschijn. Ik voelde een grote rust over mij komen. Het was alsof God tegen mij zei: ‘Het komt goed; ik laat je niet in de steek.’

 

Zondvloed of sintvloet?
Terug naar de overstromingen van een half jaar geleden. Ze riepen veel herinneringen op aan de grote watersnoodramp in Zeeland van 1953. Een prachtig gebaar van meeleven en verbondenheid was het initiatief van mensen in Zeeland, die ontheemde gezinnen uit Valkenburg uitnodigden voor een weekje vakantie. 
Maar ergens las ik ook, dat een dominee indertijd preekte, en dat later nog eens herhaalde, dat ‘de Heere altijd kastijdt met een bedoeling’. Is zo’n overstroming Gods straf? Gelukkig worden dit soort gedachten nog maar zelden geuit. Natuurlijk komt dat idee van een straf van God voort uit het oude bijbelverhaal zelf: God zag de mensen slechte dingen doen en wil daarom de mens en de schepping wegvagen. 
In oude bijbelse verhalen overheerst sterk de gedachte dat er niets gebeurt buiten Gods wil. Dat idee wordt nog eens versterkt door dat woord ‘zondvloed’ dat een verband suggereert met het woord ‘zonde’. Maar het is goed te weten, dat ‘zondvloed’ een verbastering is van het oude Middeleeuwse woord ‘sintvloet’, ofwel grote vloed. 
Maar hebben de verwoestende overstromingen van de laatste tijd helemaal niets met zonde en schuld te maken? Natuurrampen zijn geen puur noodlottige gebeurtenissen waar we niets aan kunnen doen. Ze zijn – minstens ten dele – te verklaren door de klimaatverandering. En die heeft alles te maken met hoe wij met de schepping en met elkaar omgaan. Klimaatactivisten zullen niet zo gauw het woord ‘straf’ in de mond nemen, maar wel dat er sprake is van ‘schuld’, dat ons tot bekering moet brengen. 
Myriam Steemers schreef: “Schepping vereist zorg en ondersteuning en deze taak wordt in het scheppingsverhaal toevertrouwd aan de mens, man en vrouw. (–) We moeten leren de zorg voor de schepping te koesteren als het leven zelf.” Het scheppingsverhaal en het verhaal van de zondvloed horen bij elkaar: over hoe goed de schepping bedoeld is, maar ook hoe kwetsbaar, mede door onze hebzucht en kortzichtigheid. Water is een gave, maar ook een opgave.

Henk Erinkveld CSsR