Gerardus Magazine 2022-2

2022-2

Wat wás is er nog

Een bemoedigend beeld

In de zomer van afgelopen jaar waren wij van dichtbij getuige van de vernietigende kracht van water. Vooral de inwoners van de Eifel, van de Belgische Ardennen en van Limburg zagen dat water niet alleen levensnoodzakelijk is, maar ook levensbedreigend kan zijn. Het hoge water kostte in Limburg gelukkig geen mensenlevens, maar in de beide buurlanden wel.

 

En langs het tuinpad van m’n vader
Mijn vrouw en ik verbleven in die beruchte week van juli 2021 in een vakantiehuis in Midden-Limburg en ik maakte een ‘promenade sentimentale’ langs de plekken waar ik ben opgegroeid. Op de donderdag waarop het in Valkenburg aan de Geul helemaal mis ging, wandelde ik naar Swalmen, het dorp waar ik ben geboren. 
Het dorp dankt zijn naam aan het riviertje de Swalm. Dat is doorgaans een vriendelijk meanderende beek, een riviertje van niks: zij ontspringt 45 kilometer naar het oosten, ten zuiden van het Duitse dorp Wegberg en stroomt met een verval van 72 meter bij het gehucht Rijkel tussen Swalmen en Beesel in de Maas uit. 
Maar door de enorme regenval was de Swalm afgelopen zomer een sterk stromende rivier geworden, minstens twee keer zo breed als normaal. Voor het natuurwandelpad dat in het landschap langs de Swalm is aangelegd, was nu een zwemdiploma nodig.

 

Johannes van Nepomuk
Johannes van Nepomuk op de brug over de Swalm in SwalmenIk ging eigenlijk naar Swalmen om te zien of mijn geboortehuis aan de Bosstraat er nog stond. Het was er nog, al zag het er enigszins onderkomen uit. In volle glorie daarentegen stond de parochiekerk waar ik ben gedoopt er nog: de Sint-Lambertuskerk, in 1895-1896 gebouwd naar ontwerp van architect Caspar Franssen (1860-1932) uit Tegelen. En halverwege tussen mijn geboortehuis en de parochiekerk is de brug over de Swalm, waar ik vol verbazing naar het snelstromende water heb staan kijken.
Ik stond daar niet alleen, want op de brug over de Swalm staat nog iemand: de heilige Johannes van Nepomuk. Hij staat daar sinds 1950, want toen is zijn beeld gemaakt door de kunstenaar Wim van Hoorn (1908-1979). Hij stond er dus ook al toen ik werd gedoopt. Ik neem aan dat wij er langs zijn gekomen, op weg van mijn geboortehuis naar de kerk. Ik kan het mijn ouders niet meer vragen, want die leven niet meer. Maar ik vind het wel een troostende gedachte.
Johannes houdt een vinger voor de mond, als teken van zijn zwijgzaamheid. In zijn andere hand houdt hij een palmtak, als teken van zijn martelaarschap. 

 

Patroonheilige van het ambtsgeheim
De Boheemse priester Johannes van Nepomuk (ca. 1350-1393) zou de patroonheilige kunnen zijn van de beroepsethiek, van de vertrouwelijkheid en van het ambtsgeheim. Hij was een geliefde zielzorger in het Praag van de veertiende eeuw. De wrede en machtsbeluste koning Wenceslaus IV wilde hem aan het hof verbinden. Maar Johannes wilde pastor voor de gewone gelovigen blijven. 
Wel aanvaardde hij om biechtvader te worden van koningin Sophia van Beieren, de vrouw van Wenceslaus. De overlevering zegt dat de koning Johannes wilde ontfutselen of de koningin in de biecht iets over een minnaar had gezegd. Maar Johannes weigerde het biechtgeheim te verbreken. Daarop werd hij wreed mishandeld en vanaf de Karelsbrug in Praag in de Moldau gegooid. ’s Nachts kwam zijn dode lichaam bovendrijven, omringd door vijf blinkende sterren. 
Voor de mensen van Praag was hij een heilige. De kerk erkende zijn heiligheid pas ruim drie-en-een-halve eeuw later, in 1729. Hij werd de patroonheilige van de biechtvaders. Op vele plaatsen werd zijn beeltenis op een brug geplaatst. 

 

Bruggenbouwer
Het bekendste voorbeeld is natuurlijk dat op de Karelsburg in Praag zelf. Dat staat er al sinds 1683. In België en Duitsland zijn er ook verschillende voorbeelden, zoals in Kortrijk; en in Antweiler heeft de verwoestende Ahr hem niet van zijn voetstuk gebracht. In Nederland is er maar één brugbeeld van Johannes Nepomucenus, in mijn geboorteplaats Swalmen. Uniek dus. 
Wel zijn er in Nederland nog enkele parochiekerken aan hem toegewijd. Ook de kloosterkerk van Wittem, tussen 1729 en 1733 gebouwd voor paters kapucijnen, heeft Johannes van Nepomuk, toen juist heilig verklaard, als patroon. Toen de redemptoristen zich ongeveer een eeuw later in Wittem vestigden, voegden zij de stichter van hun congregatie eraan toe, Alfonsus de Liguori. Allebei zijn het pastorale figuren, dus ze passen goed bij elkaar.
Een heilige op een brug vind ik wel een bemoedigend beeld. Zij zullen het natuurgeweld niet altijd in toom weten te houden, die heiligen, maar zij herinneren ons er wel aan dat wij allemaal geroepen zijn om bruggenbouwers te zijn.

Peter Nissen