Gerardus Magazine 2023-1

2023-1

Jong in Johannesburg

Drugspastor, antiekhandelaar en vluchtelingenmaatje

Lees artikel als pdf
 

We willen ook dit jaar jongeren aan u voorstellen en tegelijk onze blik richten over de grens. We kwamen Ricus Dullaert (66 jaar) tegen, die zijn hele leven gewerkt heeft onder jongeren aan de rand van de samenleving. Eerst als drugspastor in Amsterdam, en nu al 21 jaar in Johannesburg, Zuid-Afrika. We vroegen hem over deze jongeren te vertellen.

 

Maar eerst een portret van hemzelf. Hij stuurde ons drie kantjes vol turbulente levensgeschiedenis. Hier volgt een samenvatting. Zijn hele verhaal kunt u lezen op www.kloosterwittem.nl/GerardusMagazine

Net als mijn tweelingbroer Peter ben ik sterk beïnvloed door mijn beide oma’s. Aan vader’s kant had ik een diepgelovige en spirituele oma; door haar zijn we beiden theologie gaan studeren. Mijn oma van moeders kant kende in de oorlog veel tegenslag, maar had zich door haar fenomenale handelstalent overal doorheen geslagen. Voor haar stond vast dat we kooplui moesten worden, antiekhandelaren. En die kant zijn we beiden ook opgegaan! 

 

Van Amsterdam
Ricus te midden van twee jonge aidspatiënten: Melvina uit  Zimbabwe (links) en Lily uit Congo (rechts)Op mijn 17de ging ik marketing studeren. Maar op mijn 21e dacht ik trappist te worden; na drie maanden ging ik theologie studeren in Amsterdam. Een arts zei ons: ‘Als jullie op zoek zijn naar God, ga dan het lijden niet uit de weg’. Dat sloeg bij mij in als een bom. 

Ik meldde me aan bij zuster Kandelaar, augustines uit de Warmoestraat, moeder van de daklozen van Amsterdam, en werd uitsmijter in haar koffiehuis voor thuisloze mannen. Zij werden mijn leermeesters. In 1990 werd ik beëdigd makelaar en taxateur in antiek; en tegelijk ook Amsterdams eerste drugspastor. Een mooie combinatie!

Mijn ‘parochie’ bestond uit de 7500 harddruggebruikers van Amsterdam, waarvan zo’n 1100 HIV-positief. In mijn kerk op de Wallen hield ik elke zondag een gebedsdienst met circa 80 druggebruikers. Mijn dagelijks werk bestond uit pastorale bezoeken in de gevangenis, het ziekenhuis, in afkickklinieken en opvanghuizen voor daklozen. Er waren nog geen HIV-remmende medicijnen en ik ging voor in 150 uitvaarten van druggebruikers die aan aids waren gestorven. 

Daarnaast opende ik in 1990 een gallerie op de Keizersgracht en was ik op antiekbeursen aanwezig: een ‘emotionele rollercoaster’ tussen de rijksten, de captains of industry, en de allerarmsten, de druggebruikers in de goot van Mokum. In 1995 bleek ik zelf HIV-positief te zijn en kwam ik definitief aan de kant van de van 38,5 miljoen lotgenoten in de wereld; gelukkig niet aan de kant van de 40 miljoen mensen die wereldwijd aan aids zijn overleden.

 

Naar Afrika
In de jaren negentig verschoof de aidsproblematiek steeds meer naar Afrika. In 2001 werd ik door de Duitse zuster Elisabeth Schilling gevraagd haar team op haar missiepost bij Pretoria te komen versterken. Ik wist dat aids vreselijk was, maar daar kwam ik zo ongeveer in de hel terecht. In het hospice dat zij had gesticht overleden jaarlijks 250 jonge mensen aan aids; meest jonge moeders van tussen de 20 en 35 jaar oud. 

Met zuster Elisabeth begon ik een weeskinderenproject. In drie jaar tijd konden we duizend aidsweesjes vijf dagen per week een warme maaltijd geven. De Zuid-Afrikaanse regering hield aidsremmende medicijnen tegen, maar godzijdank kregen wij ze wel in 2004 via de r.-k. bisschoppen van Zuid-Afrika en de Amerikaanse regering. 

Ik ontmoette in die tijd vele heiligen, zoals de redemptorist en bisschop Kevin Dowling van Rustenburg, die in de krottenwijk Freedom Park met 25.000 inwoners een aidsremmerskliniek in een container runde en een hospice voor stervende aidspatienten had geopend naast zijn bisschopshuis. 

 

Jonge vluchtelingen met hiv
In 2006 leerde ik de wereld kennen van de duizenden meest jonge vluchtelingen met HIV. De Ierse zuster Mura runde een hospice voor hen. Nadat zij in 2017 voor verpleging werd opgenomen in haar moederhuis in Londen, werd helaas het hospice gesloten. Met enige medestanders besloten we de Sister Mura Foundation op te richten voor vluchtelingen met hiv. 

Dankzij vele donoren en het gebed van zuster Mura konden we een Anglikaanse pastorie huren in een volksbuurt van Johannesburg waar 80% van de inwoners uit vluchtelingen bestaat. Zo zetten we het werk van zuster Mura voort, die eind 2021 overleed. 

In de komende nummers laat ik u kennismaken met de levensverhalen van jonge vluchtelingen met HIV die ik daar ontmoet. Ik hoop dat u met me meetrekt op een fascinerende spirituele reis!

Ricus Dullaert