Gerardus Magazine 2023-5

2023-5

Wat was er nog

Kroedwusj

Lees artikel als pdf
 

De feesten op de katholieke liturgische kalender volgen op een vaak verrassende wijze de gang van de seizoenen. De Zwitserse kerkhistoricus Urs Altermatt voerde daar een mooie term voor in: het agro-liturgische jaar. 
In het najaar vieren we vooral feesten die een neerdaling naar de aarde verbeelden, met Kerstmis als hoogtepunt, en in het voorjaar en de zomer feesten die met een opwaartse beweging te maken hebben, te beginnen met Pasen. 

 

Zij slaapt bij God
Min of meer de afsluiting van de reeks feesten die de hoogte ingaan, is de dag die nu op onze kalender staat als Onze Lieve Vrouw Tenhemelopneming: 15 augustus. Een populaire korte benaming is Maria Hemelvaart, maar die is theologisch minder geschikt, want hij lijkt te suggereren dat Maria op eigen kracht naar de hemel is gevaren. Nee, zij is er heengevoerd, zij is daar opgenomen. 
De Latijnse naam waaronder het feest vanaf de achtste eeuw in liturgische handschriften voorkomt, drukt dat treffend uit: Assumptio. In de eeuwen daarvoor kwam het feest onder verschillende benamingen voor, waarvan er één nu ook in de orthodoxe kerken nog gebruikelijk is: het Ontslapen van Maria, Dormitio in het Latijn en Koimèsis in het Grieks. 
Ik vind het een lieflijk woord. Zij is niet dood, maar zij sluimert. Zij slaapt de slaap der rechtvaardigen. Die uitdrukking wijst op een zuiver geweten, en daarom mogen we ook zeggen dat zij slaapt ‘bij God’, in de hemel dus.

 

Feestdag
Niemand weet op welke dag en hoe Maria is overleden. Dat haar ontslapen op 15 augustus wordt gevierd, heeft waarschijnlijk een heel simpele oorzaak. De oudste sporen van die viering vinden we in de vijfde eeuw in de liturgie van Jeruzalem. In 431 vond het Concilie van Efeze plaats, waar werd besloten dat Maria Theotokos genoemd mag worden, ‘zij die God gebaard heeft’, later afgekort tot Moeder Gods. Dat concilie eindigde op 31 juli van dat jaar en de patriarch van Jeruzalem heeft waarschijnlijk meteen bij thuiskomst een feest ingesteld ter ere van Maria. En dat was op 15 augustus. 
Rond 600 had de feestdag van 15 augustus zich over het hele oosten verbreid. Maar in de oudste liturgische handschriften van het westen, die uit de zevende eeuw dateren, werd niet in augustus, maar op 15 januari een feestdag van het ontslapen van Maria gevierd. Het is mogelijk paus Theodorus, paus van 642 tot 649, die het feest van 15 augustus in Rome invoerde. Hij was namelijk afkomstig uit Jeruzalem en kende het feest dus met die datum. Vanuit Rome verspreidt het feest zich dan al snel en bereikt het ook onze streken.
Daar werd het feest verrijkt met een gebruik dat de verbondenheid van de liturgie met de gang van de natuur illustreert: de zegening van een boeket van kruiden. In de Limburgse dialecten komt het voor onder verschillende namen zoals kroedwis of kroedwösj. Wis, wösj of wusj: waarschijnlijk afgeleid van het Latijnse virga (tak of twijg), betekent zoveel als ‘bos, bundel’: een bosje kruiden dus. 

 

Van oogstgebruik tot gekruide devotie 
Het woord ‘kruiden’ dekt niet helemaal de lading van het boeket. Bij traditie maken er zeven planten deel van uit (zeven is natuurlijk een heilig getal), maar de precieze samenstelling kan van streek tot streek verschillen en is ook afhankelijk van wat het landschap ter plekke te bieden heeft. 
Doorgaans wordt het met een lint samengebonden boeket gevormd door twee aren van een graangewas (tarwe, rogge, boekweit), vier takken of bloemen van planten, vaak die waaraan geneeskracht of het afweren van onheil werd toegeschreven (valeriaan, kamille, boerenwormkruid, sint-janskruid, klaproos of papaver), en één tak van een boomgewas, meestal de walnoot. Na de zegening werd de kroedwis thuis opgehangen, in boerderijen meestal in een stal of schuur.
Het gebruik is vooral verspreid in Zuid- en West-Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland en de Elzas. In Nederland en Vlaanderen lijkt het beperkt gebleven te zijn tot de beide Limburgen, en daar leeft het nog in een aantal plaatsen. In verschillende parochies worden mensen uitgenodigd om op 15 augustus een kruidenbundel mee te nemen naar de kerk en die daar te laten zegenen. Die zegening komt al in een Duits handschrift uit de tiende eeuw voor.
Waarschijnlijk gaat het om een voorchristelijk oogstgebruik, dat door de combinatie met het Mariafeest een gekerstende vorm heeft gekregen. Volgens een legende was het graf van Maria bij haar overlijden met bloemen, vooral met rozen, gevuld. Zo werd de verbinding snel gelegd: de kroedwis werd een bloemenhulde voor Maria.

 

Nieuwe betekenis
Nu het respect voor de natuur en de zorg voor een duurzame toekomst van onze planeet aarde terecht hoog op de kerkelijke agenda staat, kan de kroedwis ook een actuele betekenis krijgen: een uitdrukking van onze dankbaarheid voor alles wat groeit en bloeit (‘en ons altijd weer boeit’, voegde dr. Fop I. Brouwer daar in zijn wekelijkse radiopraatjes vroeger altijd aan toe). 
De zegening van de kroedwis kan ons sterken in ons voornemen om zorgzaam en respectvol met de natuur om te gaan, zodat ook toekomstige generaties kunnen blijven genieten van de biodiversiteit, uitgedrukt in de zeven verschillende ‘kruiden’ van het boeket.

 

PS U kunt aan een kroedwusj-wandeling meedoen: zie hier

Peter Nissen